Programma VGM-bewustzijn en VGM-gedrag

Net als bij deze vraag, wordt ook in hoofdstuk 8 (VGM-inspecties) gestreefd naar het voorkomen van ongevallen en letsels. In hoofdstuk 8 (vraag 8.1) middels werkplekinspecties en bij deze vraag middels een gedragsverbeteringsprogramma, waar een observatieprogramma aan ten grondslag ligt. In beide gevallen leiden resultaten (uit observaties/inspecties) tot corrigerende maatregelen en een actieplan.
Werkplekinspecties zijn over het algemeen gericht op het identificeren van onveilige situaties en handelingen, waarbij onderzoek naar achterliggende gedragsoorzaken oppervlakkiger wordt uitgevoerd. Voorbeeld: U rijdt te hard op de snelweg en wordt geflitst. De overtreding wordt vastgesteld en afhankelijk van de hoogte van de overschrijding wordt de boete vastgesteld. Uitvoering van de werkplekinspecties gebeurt vaak door operationeel leidinggevenden. Een flitscamera is een goed voorbeeld van dit type inspectie. De vraag is of u ervan heeft geleerd. Het lokt soms/vaak nog meer ‘fout gedrag’ uit, zoals het vernielen van deze flitscamera’s.
Gedragsobservatie
Een gedragsobservatie gaat een stap verder: Er wordt een (kort en krachtig) onderzoek uitgevoerd naar de achterliggende oorzaken en de observatie kan ook, of zelfs bij voorkeur, door een collega worden gedaan die het werk en de procedures zelf ook goed kent.
Voorbeeld 1: U spreekt een collega aan op zijn/haar gedrag, maar vraagt daarbij ook waarom hij/zij dit zo doet. Alleen dan is het mogelijk om maatregelen ter voorkoming in de toekomst vast te stellen. Voorbeeld 2: U wordt door een agent aangehouden en gevraagd waarom u zo’n haast had. U had wellicht een reden om hard te rijden en tijdens een “goed gesprek” is het aan de agent om u op de gevaren te wijzen en u te overtuigen om voortaan veiliger te rijden. Dit is net zo belangrijk (of misschien wel belangrijker) dan het uitdelen van een bekeuring. Voor de kwaliteit van het gesprek is het van belang dat de agent om te beginnen ook een positieve opmerking had over uw rijgedrag en uw overtreding er niet gelijk op autoritaire wijze inwrijft. Want anders is de kans groot dat met name de negatieve manier van aanspreken door de agent u bijblijft in plaats van de boodschap het voortaan anders te doen (bijvoorbeeld uw gedrag te veranderen in veilig gedrag, dat wil zeggen voortaan op tijd vertrekken en files incalculeren).
Beide voorbeelden maken duidelijk dat het belangrijk is hoe men anderen op het gedrag aanspreekt. Bewust zijn van VGM en bijpassend gedrag is belangrijk voor het voorkomen van ongevallen en letsels. Om het VGM-bewustzijn en -gedrag te verbeteren is allereerst een observatieprogramma nodig (voor alle operationele medewerkers en operationeel leidinggevenden in uw organisatie). De resultaten van het observatieprogramma worden vastgelegd, geanalyseerd en daarna teruggekoppeld aan alle betrokken medewerkers. Op basis van de bevindingen van het observatieprogramma wordt vervolgens een gedragsverbeteringsprogramma opgesteld en uitgevoerd. Het is belangrijk om personen die het observatieprogramma uitvoeren te instrueren. Na een bepaalde periode wordt door observatie nagegaan welk effect het gedragsverbeteringsprogramma heeft gehad. Het is verstandig om voorafgaand een aantal doelstellingen (ten aanzien van VGM-bewustzijn en -gedrag) op te nemen. De doelstellingen geven sturing aan het programma en zorgen ervoor dat nagegaan kan worden of de doelstellingen bereikt zijn. Stel de doelstellingen SMART op (SMART = Specifiek, Meetbaar, Acceptabel, Realistisch, Tijdgebonden), zodat de doelstellingen ook goed te meten zijn. De doelstellingen worden telkens na een bepaalde periode opnieuw tegen het licht gehouden en eventueel aangepast.
Hieronder staat een mogelijke manier voor het implementeren van een gedragsprogramma schematisch aangegeven in 6 stappen.
Het schema kan gebruikt worden als basis voor het maken van een procedure ten aanzien van VGM-bewustzijn. Bovenstaand schema maakt zichtbaar dat er sprake is van een cyclus van continu verbeteren van het VGM-bewustzijn en -gedrag. Uiteindelijk dient er een cultuur te ontstaan dat gepaard gaat met een zeer laag ongevallencijfer.
Er is nu uitgelegd met welke stappen een gedragsprogramma geïmplementeerd kan worden. Maar wat verstaan we precies onder een “programma”? Onder een programma verstaan we alle gezamenlijke maatregelen die in samenhang (en over langere tijd) genomen worden om het bewustzijn en gedrag van medewerkers ten aanzien van VGM te verbeteren. Dit betekent dat het niet om een eenmalige of enkele activiteit gaat, maar meerdere activiteiten die een soort “rode draad” vormen, elkaar aanvullen en versterken. Voorbeelden van onderdelen zijn: training, instructies, posters, observatieprogramma, praatje directeur, beloning van gewenst gedrag, etc. Meer informatie over gedragsverbetering- en observatieprogramma’s kunnen wij op aanvraag verzorgen.
